Mag ik wat vragen?

Hoe leer je iemand in een kwartier polsstokspringen

MAG IK WAT VRAGEN?

Ik kijk om. Het gezicht van de vader van de jonge atlete (9 jaar oud) staat bezorgd. “Dat polsstokspringen, dat heeft ze nog nooit gedaan…

Mijn hoofd gaat meteen aan:

  • “Over twintig minuten begint de wedstrijd polsstokspringen”
  • “De atlete heeft dit nog nooit gedaan”
  • “Hoe is dit mogelijk?”
  • “Heeft mijn club hier steken laten vallen?”
  • “Heb ik zelf steken laten vallen?”

Maar al snel draai ik deze gedachten weg, en ik vraag voor de zekerheid aan haar:

  • “Heb je hier ooit op getraind?”
  • “Nee”, is het antwoord.
  • “Heb je ooit zo’n stok in je handen gehad?”
  • “Nee”, klinkt het weer.

Ik vind dit spannend. Er moet zo snel mogelijk een plan komen. Ik kijk rond en vind de plek waar het polsstokspringen plaats gaat vinden en zie dat er al een wedstrijd bezig is met een andere groep kinderen. De atlete moet gerust gesteld worden, dus ik zeg tegen haar: “Kom maar mee, dan gaan we even kijken bij de andere groep, hoe die kinderen het doen.” Ik heb er vertrouwen in want bij het hoogspringen heeft ze na een aantal van mijn aanwijzingen haar beste prestatie behaald, dus ik denk dat ze ook hier gemakkelijk coachbaar zal zijn. Ik verzin een kort stappenplan om haar zo snel mogelijk vertrouwd te maken met de stok en het rennen ermee. We lopen samen naar de zandbak waar de polsstokwedstrijden worden gehouden.

Vader loopt achter ons aan maar laat het nu geheel aan mij over. Samen kijken we naar een aantal kinderen die springen en ik kies een meisje uit dat op een aantal punten de juiste beweging laat zien. Ik wijs de atlete op dat meisje en zeg haar waar ze op moet letten. “Kijk hoe ze de stok vasthoudt en hoe ze aan de rechterkant langs de stok springt.” Dan is deze groep klaar. We hebben nog een kwartier. Ik pak een stok en laat haar zien hoe ze hem vast moet houden. Dan geef ik hem aan haar. Ze pakt de stok over en laat zien dat ze het begrijpt. Ik zeg haar dat het goed gaat komen. Na een aantal keren proberen lukt het en ik ben opgelucht. Dit gaat inderdaad helemaal goed komen. Ik geef haar een compliment en we stoppen ermee. De wedstrijd begint over vijf minuten.

De atlete gaat de wedstrijd met vertrouwen in en ze springt heel mooi.

Bij de club gaan we wat extra polsstoktrainingen inplannen, denk ik in mijzelf…